zondag, november 05, 2006

Het verhaal van prins Philip en de Bilderberg groep


Gisteren vertelde Etienne Davignon, ere-voorzitter van de Bilderberg groep in het journaal wat de meeste ingewijden wel al wisten: prins Philip maakt deel uit van de zogenaamde Bilderberg groep. Dit is een groep van rijken die jaarlijks samenkomen om te vergaderen. Dit jaar vond de conferentie plaats in Ottowa, Canada van 8 tot 11 juni. Er werd naar eigen zeggen vergaderd over de Europees-Amerikaanse relaties, energie, Rusland, Iran, het Midden-Oosten, Azië, terrorisme en immigratie. Ongeveer 130 bedrijfsleiders, staatsmannen en gekroonde hoofden namen deel aan de conferentie. Enkele Belgische deelnemers doorheen de jaren zijn prins Philip, Willy Claes (foto), Pierre Goldschmidt (kuch), Jean-Pierre Hansen (CEO van Suez-Tractebel) en Maurice Lippens van Fortis.

De conferentie werd in 1954 voor het eerst -in het geheim- gehouden in Nederland, bijeengeroepen door prins Bernard.
De Bilderberg groep is niet zomaar één of andere clubje van rijken zoals er zovele zijn. De deelnemers worden elk jaar zorgvuldig door een commissie gekozen. De deelnemers hebben zwijgplicht. De veiligheidsmaatregelen zijn in handen van de militaire inlichtingendienst van het gastland. Andere gasten van het gasthotel worden naar een ander hotel doorverwezen, tijdelijk personeel mag thuis blijven en het vast personeel mag niemand in de ogen aankijken. De pers durft hier bijna niet over publiceren. Alles wordt in het geheim besproken en de vergadering hoeft geen verantwoording af te leggen aan één of andere vorm van volksvertegenwoordiging. Er zijn véél andere krachten dan de democratische krachten aanwezig in het Westen. Zo is er nog Opus Dei, de "Council of Foreign Relationships" en de loge, waarover een artikel in het volgende nummer van Klauwaert.

Wat Phlupke in dit select gezelschapdoet, is ons een raadsel, maar één ding is zeker: macht mag slecht bij één orgaan liggen in een natie: het volk. Geen voogden, eigen staat.

Alles op deze webstek mag overgenomen worden mits duidelijke bronvermelding. De redactie van Klauwaert