donderdag, november 30, 2006

Tu quoque, Daniël?

Uit “ ’t Pallieterke” van woensdag 11 oktober 2006

We kennen Daan de Smet als de celebrant en/of predikant in Bormsmissen te Merksem en Sint-Niklaas, de stad waar Dr. August Borms geboren is. Heel veel afgestudeerden van het Sint-Niklase Sint-jozef-Klein-Seminarie herinneren zich E.H. Daniël de Smet ook als superior van dat college, waar niet weinigen hun Vlaamsgezindheid hebben opgedaan. Wie schetst de verbazing - soms zelfs verbijstering - van sommige oud-leerlingen toen zij vorige week in een kiespamflet van socialist Freddy Willockx een nauwelijks verholen stemadvies moesten aantreffen van "Daniël De Smet, Ereburger"?


Daniël De Smet, tot ereburger van de stad Sint-Niklaas benoemd door Freddy Willockx, doet zijn reputatie weinig eer aan…

Het klonk zo: "De hele bevolking is hem (Freddy Willockx, socialist) bijzonder veel erkentelijkheid verschuldigd en rekent op hem voor de toekomst". Afgezien van de vraag of de gewezen superior de bevolking bevraagd heeft over haar mening over Willockx, geeft het te denken dat een Eerwaarde Heer zich meent te moeten verlagen tot gangmaker van een logeman die alles wat uitgeproken Vlaamsgezind is, rauw lust.
Wat is dat voor een Kerk in Vlaanderen, waarvan de kardinaal een groot deel van de Vlamingen voor wilden uitscheldt, een bisschop gaat betogen voor vreemdelingen die onwettig in dit land rondhangen en kerken bezetten en waarvan een door iedereen
gewaardeerde geestelijke zich voorde verkiezingskar laat spannen van één partij en dan nog wel een socialistische die spuugt op de nagedachtenis van Dr. Borms? Of waarin een grand vicaire heel kleintjes kan zijn...

’t Pallieterke, weekblad voor mensen met een goed hart en een slecht karakter

't Pallieterke is een satirisch weekblad van Vlaamsgezinde en rechts conservatieve strekking. Het is niet partijpolitiek gebonden en non-conformistisch. 't Pallieterke prijst zichzelf aan als "weekblad voor mensen met een goed hart en een slecht karakter". Het motto luidt "Wat niet vrolijk gezegd kan worden is de waarheid niet". De naam "t Pallieterke" verwijst naar het vooroorlogse tijdschrift Pallieter uitgegeven door Filip De Pillecyn, wat op zijn beurt weer is afgeleid van de figuur Pallieter uit de gelijknamige roman van Felix Timmermans.
http://www.pallieterke.info/

Opinie: N-VA: rechts voor de raap?

Er komt een einde aan « het Vlaams Kartel », de samenwerking tussen CD&V en N-VA. De breuk kwam er na het toetreden van rechtse bullebak Jean-Marie Dedecker tot de N-VA. Deze richt uiteindelijk toch niet zijn eigen partij op. Hij beweert dat zijn programma en dat van de N-VA voor 90 procent overeen komen. De breuk tussen N-VA en CD&V kwam er na overleg tussen Jo Vandeurzen en Yves Leterme van de CD&V en Geert Bourgeois en Bart De Wever van de N-VA.

,,De aanwezigheid van Jean-Marie Dedecker op een lijst met CD&V'ers staat haaks op de geloofwaardigheid en de politieke stijl die de Vlaamse christendemocraten voorstaan. Politiek bedrijven en een partij leiden moet meer zijn dan enkel tactiek. Ik ben niet bereid de militanten in dat soort verhaal mee te pakken waar onze geloofwaardigheid op de korrel kan worden genomen.”, aldus Jo Vandeurzen. Het kartel zou blijven bestaan op Vlaams, provinciaal en gemeentelijk niveau, maar voor de volgende federale verkiezingen wordt het kartel dus opgeblazen. We weten allemaal dat die “militanten” het ACV is. Het kartel met de N-VA lag al moeilijk, een rechts-liberale ruziestoker binnen de rangen, blijkt onmogelijk.


De CD&V zegt "Neen" tegen Dedecker en dus ook tegen zijn nieuwe partij, ex-kartelpartner, de N-VA.






Het is uitermate interessant wat er nu gaat gebeuren wat betreft de machtsverhoudingen. Het kartel boekte grote winst volgens de peilingen en Yves Leterme maakte grote kans om premier te worden. Gaat de CD&V verder met het spreken van stoere communautaire taal? Hoe groot wordt de macht van de N-VA? Er staan ons spannende tijden te wachten. De federale verkiezingen van 2007 zullen gevolgd worden door een communautaire ronde… Er is ook nog het probleem van Brussel-Halle-Vilvoorde, dat zichzelf al veertig jaar niet oplost en waarschijnlijk ook volgend jaar niet gaat doen.

Wie wordt de volgende premier van België? Wordt de N-VA een geloofwaardige speler in het politieke veld? In ieder geval: ze staan er nu alleen voor en de kiesdrempel van 5 procent speelt op federaal vlak nog altijd een rol. De toekomst zal het uitwijzen. Wij hopen in ieder geval op meer en beter Vlaanderen, het einde van de paarse regering en ofwel een zinvolle communautaire ronde ofwel een grote malaise; in beide gevallen verliest de Belgische staat !

Dat de N-VA rechts voor de raap mag worden/blijven !

Houzee !

zaterdag, november 18, 2006

In Memoriam: Wies Moens

Wies Moens wordt op 28 januari 1889 geboren te Sint-Gillis-Dendermonde. Hij volgt humaniora aan het Heilige-Maagdcollege in Dendermonde. Daar was hij aktief in de plaatselijke afdelingen van het Algemeen Katholiek Vlaamsch Studentenverbond (AKVS). Van 1916 tot 1918 studeert Moens Germaanse filologie aan de vernederlandste universiteit van Gent. Hij was wat men noemt een activist. Deze beweging kenmerkte zich door het streven naar radicale politieke veranderingen die de Vlaamse gemeenschap binnen een hervormde Belgische staat of zelfs binnen een soeverein Vlaanderen de grootst mogelijke politieke zelfstandigheid zouden moeten bieden. Deze beweging wou deze politieke veranderingen -indien nodig- bereiken met de hulp van de Duitse bezetter. In december 1920 wordt Moens voor zijn activisme veroordeelt tot vier jaar gevangenisstraf. In de cel schrijft Moens verschillende gedichtenbundels: "De Boodschap" (1920) en "De Tocht" (1920). Deze gedichten behoren samen met die van Paul Van Ostaijen tot hoogtepunten van het poëtisch expressionisme. Bekendheid verwerft hij met het schrijven van de prozabundel "Celbrieven". Moens' ideologie wordt gekenmerkt door zijn sociale bekommernis. Tijdens zijn gevangenschap evolueert Moens tot een een anti-Belgisch en anti-parlementair Vlaams-nationalist die het Groot-Neerlandisme propageerde. Moens wordt dé vertegenwoordiger van de radicale Groot-Nederlandse gedachte. Na tussenpozen bij het Algemeen Vlaamsch Nationaal Verbond en een lijst samen met Jef François in Gent, Eeklo en Dendermonde, sticht Moens samen met Joris van Severen het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen (Verdinaso) op. Het autoritaire Verdinaso pleitte voor een Dietse volksstaat op basis van het nationaal-solidarisme. In de zomer van 1934 kondigde van Severen de Nieuwe Marsrichting af. Deze hield het loslaten van de strakke, volkse, Dietse lijn af. Vanaf de Nieuwe Marsrichting zweerde het Verdinaso elke vorm van Vlaams-nationalisme af en stelde het alles in het werk om een nieuw, groot, Bourgondisch rijk te stichten. Moens breekt hierdoor met het Verdinaso en start een eigen tijdschrift: "Dietbrand", wat volkszwaard betekent. Een kanaal waarmee hij zijn eigen ideologie, opgebouwd in de jaren twintig, verder kan verspreiden. Zijn ideeëngoed vindt weinig steun binnen de Vlaamse beweging, hij krijgt te veel concurrentie van Verdinaso en het Vlaams Nationaal Verbond (VNV) van Staf de Clercq. Moens keert terug naar de literatuur. In "Golfslag" (1935), "Het Vierkant" (1938) en "De dooden leven" (1938) pleit hij voor zijn Diets volksnationalisme. Tijdens de tweede wereldoorlog ontstaat er een toenadering tussen Moens en het VNV, dat zich sinds het begin van de oorlog profileerde als voorvechter voor Diets volksnationalisme. Moens verwierp de Duitse annexatiepolitiek. In 1942 wordt hij aangesteld tot algemeen leider van de culturele uitzendingen van Zender Brussel. In 1943 neemt hij ontslag omwille van de toenemende Duitse inmenging. Na de bevrijding duikt Moens onder en hij wordt bij verstek ter dood veroordeeld door de Belgische inquisitie. Hij vlucht naar Nederland. Hij kan in 1968 terugkeren naar België, maar weigert. Hij blijft in Nederland tot zijn dood in 1982. Moens schrijft nog één dichtbundel: "De Verslagene".
Voor de aanhangers van de Groot-Nederlandse gedachte, blijft hij het ideologische voorbeeld. Moens is heel zijn leven trouw gebleven aan zijn idealen. Dit leidde tweemaal tot ontslag. Deze koppige consequentie siert hem.





uit: "de Boodschap"

De oude gewaden
zijn afgelegd.
De frisse vaandels
staan strak
in den morgen.
Aartsengelen
klaroenen nieuwen dag.

Kort Manifest

Niets van wat overal de vele noemen
geluk en welvaart, heeft mij ooit bekoord.
Slechts op dit éne wil ik gaarne roemen:

geen enkle Macht te hebben toebehoord,
die ’t mensenhart houdt voor een koopbaar ding.

Rekent mij rustig tot het gild der narren,

gij die om d’uitkomst gnuift van mijn gedrag.
Ik volg mijn ster. Ik laat me niet verwarren
door schijnsel dat maar wisselt, dag op dag,
van stand en kleur, gestalt’ en flonkering.

Twee sneden brood, twee kleine, smalle vissen,

daarmee ben ik den donker ingegaan.
Bericht van mij zal zijn als in de lissen
het windgeruis. En fluistren af en aan,
dat ik nog levend ben, somtijds ook zing.

Uit: “De Verslagene” van Wies Moens




donderdag, november 09, 2006

De geschiedenis van Zwartberg


Op 31 januari 1966 speelt er zich in Limburg een drama af. De geschiedenis van Zwartberg is hét voorbeeld bij uitstek dat bewijst dat de Vlaamse beweging ook een sociale beweging is en was.

Het begon allemaal toen de rooms-rode regering van eerste minister Harmel een tekort in de begroting had van 22 miljard Belgische franken, onder andere door de verlieslatende steenkoolmijnen. Er deden geruchten de ronde over sluitingen. Om revoltes in Wallonië te vermijden zouden niet alleen Waalse, verlieslatende mijnen gesloten worden, maar werd ook beslist om de modernste mijn van België, de Vlaamse mijn van Zwartberg, te sluiten.

De arbeiders kregen geen steun van de socialistische en christelijke vakbonden, want die vakbonden waren en zijn partijgebonden en de socialisten en christendemocraten zaten in de regering. Dus sprong de Vlaamse beweging op de bres voor de gewone man. De Volksunie klaagde al jaren aan dat Limburg een Belgische kolonie was, dit was haar kans om iets te doen voor die provincie en voor de arbeiders.

Op 27 januari vallen de eerste ontslagen in de mijn van Zwartberg. De arbeiders zijn aangeslagen. De ochtendploeg daalt af in de ondergrond en komt niet meer boven. Ze staken ondergronds. Er onstaat ook spanning aan het aardoppervlak, een omhaling van geld voor de stakers wordt verboden. Het betogingsverbod wordt uitgevaardigd.

In Hotel Uilenspiegel wordt inmiddels een hoofdkwartier ingericht door leiders van de Volksunie. Jaak Kuppens trommelt de Vlaamse Militanten Orde onder leiding van Wim Maes, de verdedigers van de Vlaamse zaak op, die eigenlijk in Moeskroen zouden gaan manifesteren. Op 30 januari komt het tot een confrontatie tussen de betogers, met onder hen vele Volksuniemandatarissen en de VMO'ers, en de rijkswacht. Een traangasgranaat belandt in een winkel. Dit leidt tot een escalatie van het geweld en tot een ware veldslag. Later die dag wordt de orde terug hersteld.

In Hotel Uilenspiegel ontstaat er verdeeldheid rond het optreden van de VMO. Vakbondsafgevaardigden hebben inmiddels bedreigingen ontvangen van mensen wiens emoties te hoog oplopen.

De vakbondsafgevaardigden verzamelen zich op 31 januari in het stakingscomité en zijn de enige gesprekspartners voor de directie van de mijnen.

De acties verspreiden zich over heel het mijngebied. In Winterslag worden de werkzaamheden stilgelegd door het doorsnijden van een transportband, de belgicistische rijkswacht schiet hier met veiligheidspatronen op de Vlaams-nationalistische betogers, die ondertussen mijnhout als wapens gebruiken. In Waterschei vindt acht jaar voor de Ierse "Bloody Sunday" een gelijkaardig tafereel plaats. Twee betogers worden neergeschoten. Jan Latos overlijdt ter plekke en Theo Van Hecke blijft verlamd tot aan zijn dood in 1974. Valère Sclep wordt door een Belgische traangasgranaat op het hoofd geraakt en overlijdt ter plekke. De B.O.B. en de gerechtelijke politie verrichten achteraf huiszoekingen om beslag te leggen op de foto's van de rijkswachters in actie.

In Uilenspiegel beseft men dat men ongewild een escalatie heeft uitgelokt. Er is sprake van terroristische plannen. Om dit te voorkomen beslist een deel van het gezelschap in Hotel Uilenspiegel om naar de koning te gaan.

Op 1 februari komt deze delegatie aan in Laken en wordt ontvangen in het koninklijk paleis. In de nacht van 30 januari op 1 februari is er ook crisisberaad tussen de regering en de top van de rijkswacht. Er wordt beslist om twee bataljons paracommando's te sturen naar de mijnstreek. De rust keert terug.

Op 2 februari komt het teneergeslagen stakingscomité samen met de vakbonden. De zogenaamde akkoorden van Zwartberg worden geformuleerd. Hierin stond dat de mijn pas zal sluiten als elke werknemer ander werk had. De regering aanvaardt het akkoord. Tijdens een woelige Kamerzitting beschuldigt premier Harmel de Volksunie ervan, de incidenten te hebben uitgelokt. Volksunie-voorzitter Frans Van der Elst interpelleert meteen over de verwaarlozing van Limburg.

Op 3 februari vindt de begrafenis van de slachtoffers in alle rust plaats, zonder aanwezigheid van de rijkswacht.

Op 4 februari spreken de vakbonden ACV en ABVV de mijnwerkers toe. Ze worden op de stakersvergadering duchtig onder handen genomen, maar de stakers aanvaarden het akkoord zoals het op tafel lag. De vakbonden triomferen op de kap van de Vlaamse beweging;

Iedereen gaat terug aan het werk op 7 februari. Eind '66 heeft elke mijnwerker van de mijn van Zwartberg een nieuwe baan. Er wordt overgegaan tot de sluiting van de mijn. Vijfentwintig jaar na de gebeurtenissen velt een Belgische rechtbank een oordeel in de zaak Latos, de familie heeft geen recht op een schadevergoeding.

De begrafenis van de Vlaamse martelaar Jan Latos

woensdag, november 08, 2006

Onze scholen: asielcentra?

Schoolasiel. Steun voor sans-papiers neemt toe

Eind juli kondigde de UDEP, de zelforganisatie van de mensen-zonder-papieren die ijvert voor duidelijke criteria voor regularisatie, aan dat ze schooldirecties en oudercomités zou aanspreken over de mogelijkheid van schoolasiel. Van het katholiek onderwijs kwam er officieel steun. Dat standpunt kwam er nadat een school in Eeklo onderdak gaf aan een gezin dat dreigt uitgewezen te worden naar verschillende landen. Het Gemeenschapsonderwijs doet niet mee.

Het schoolasiel is een uitdrukking van de groeiende solidariteit vanuit de bevolking voor de mensen-zonder-papieren. Eerder vonden er massale betogingen plaats, onder andere met de steun van enkele bisschoppen, de vakbonden en nu ook enkele schooldirecties en oudercomités.
Dit leidde reeds tot ongenoegen bij minister Dewael die stelde dat een schoolinstelling zich aan de wetten moet houden. Dat wordt helaas overgenomen door de leiding van het gemeenschapsonderwijs. De expliciete steun van het katholiek onderwijs, leidde reeds tot heel wat protest van politici en commentatoren.
Het is echter geen toeval dat er druk komt op een aantal scholen. Het geval in Eeklo was erg schrijnend. Een man uit Jemen en een vrouw uit Azerbeidjan met kinderen, waarbij de kinderen met de vrouw zouden uitgewezen worden naar Azerbeidjan en de man naar Jemen… Kinderen die school lopen, kunnen vaak rekenen op de steun van klasgenootjes en andere kennissen in het verzet tegen uitwijzingen. Het is belangrijk dat de scholen aangeven dat ze die solidariteit ondersteunen en niet willen breken.
In Frankrijk is een soortgelijke schoolasielbeweging aan de gang, waar de solidariteit met de schoolgaande kinderen en hun families heel concreet wordt door het ‘adopteren’ door Franse gezinnen. Ook de vakbonden zouden de druk op de regering moeten opvoeren. Duizenden illegalen die hun land ontvluchten vanwege politieke onderdrukking of economische wanhoop, werken in ons land in erbarmelijke omstandigheden zonder verblijfsvergunning waardoor zij overgeleverd worden aan de willekeur van de patroons.
Wij steunen de schoolacties en roepen op tot brede solidariteit. Daarnaast voeren wij de strijd voor een socialistische samenleving zonder armoede, werkloosheid, uitbuiting of oorlog waar de redenen tot vluchten, of ze nu politiek of economisch zijn, niet langer bestaan Het zijn onder andere de schrijnende werk- en leefomstandigheden in de neokoloniale wereld die mensen tot wanhoopsoplossingen als vluchten brengen.
Maar daaraan heeft de Belgische regering geen boodschap. Zoals Walter Roggeman, directeur van het Sint-Jozef-Klein-Seminarie in Sint-Niklaas, in De Standaard stelde: “Wat hebben zij die zich nu verschuilen achter de wetgeving al gedaan om een einde te maken aan die schrijnende onrechtvaardige verdeling van middelen en goederen over deze wereld? Wanneer zullen een goede gezondheidszorg en degelijk onderwijs een recht worden van ieder kind op deze wereld?”
bron: http://www.lsp-mas.be
van de site van de belgicistische, marxististische "Linkse Socialistische Partij"

Lees en oordeel zelf.

zondag, november 05, 2006

Het verhaal van prins Philip en de Bilderberg groep


Gisteren vertelde Etienne Davignon, ere-voorzitter van de Bilderberg groep in het journaal wat de meeste ingewijden wel al wisten: prins Philip maakt deel uit van de zogenaamde Bilderberg groep. Dit is een groep van rijken die jaarlijks samenkomen om te vergaderen. Dit jaar vond de conferentie plaats in Ottowa, Canada van 8 tot 11 juni. Er werd naar eigen zeggen vergaderd over de Europees-Amerikaanse relaties, energie, Rusland, Iran, het Midden-Oosten, Azië, terrorisme en immigratie. Ongeveer 130 bedrijfsleiders, staatsmannen en gekroonde hoofden namen deel aan de conferentie. Enkele Belgische deelnemers doorheen de jaren zijn prins Philip, Willy Claes (foto), Pierre Goldschmidt (kuch), Jean-Pierre Hansen (CEO van Suez-Tractebel) en Maurice Lippens van Fortis.

De conferentie werd in 1954 voor het eerst -in het geheim- gehouden in Nederland, bijeengeroepen door prins Bernard.
De Bilderberg groep is niet zomaar één of andere clubje van rijken zoals er zovele zijn. De deelnemers worden elk jaar zorgvuldig door een commissie gekozen. De deelnemers hebben zwijgplicht. De veiligheidsmaatregelen zijn in handen van de militaire inlichtingendienst van het gastland. Andere gasten van het gasthotel worden naar een ander hotel doorverwezen, tijdelijk personeel mag thuis blijven en het vast personeel mag niemand in de ogen aankijken. De pers durft hier bijna niet over publiceren. Alles wordt in het geheim besproken en de vergadering hoeft geen verantwoording af te leggen aan één of andere vorm van volksvertegenwoordiging. Er zijn véél andere krachten dan de democratische krachten aanwezig in het Westen. Zo is er nog Opus Dei, de "Council of Foreign Relationships" en de loge, waarover een artikel in het volgende nummer van Klauwaert.

Wat Phlupke in dit select gezelschapdoet, is ons een raadsel, maar één ding is zeker: macht mag slecht bij één orgaan liggen in een natie: het volk. Geen voogden, eigen staat.

Alles op deze webstek mag overgenomen worden mits duidelijke bronvermelding. De redactie van Klauwaert